“De Oegandese president tekende een strenge anti-homowet, die aanzet tot haat en geweld jegens homoseksuelen. Zelfs wie een homo steunt, of hem niet aangeeft, riskeert vervolging. Het Westen spreekt van een aanval op de ‘mensenrechten’. Het probleem ligt dieper: in het filosofisch-theologische denkkader van het politieke. De Oegandese president noemt homoseksualiteit een pervers importproduct van het Westen. Maar de haat jegens homo’s komt evengoed uit het Westen. De verdedigers van de nieuwe wet werden gesteund door Amerikaanse, fundamentalistische christenen.
Volgens de filosoof Spinoza (1632-1677), die leefde in tijd waarin theologische disputen, en politiek geweld legio waren, begrijp je politieke haatcampagnes sneller als je begrijpt door welke passies fanatici gedreven worden. Spinoza verving het joods-christelijke godsbegrip door een naturalistische visie op God: God is zijn eigen oorzaak, alles verloopt oorzakelijk, dus de wereld begrijpen is die oorzaken kennen. God heeft de wereld niet geschapen volgens een plan of doel. De mens maakt deel uit van de natuur, zoals alle dingen. Hij is niet het centrum, of het hoogtepunt van de schepping. De wereld begrijp je dus niet door verborgen bedoelingen te ontcijferen. Begrippen zoals schuld, straf, zonde en boete volgen uit die verkeerde interpretatie van een goddelijke doelgerichtheid. Maar die doelgerichtheid bestaat alleen in de menselijke verbeelding.
Indien de natuur geen doelgerichtheid kent, dan seksualiteit ook niet. De seksualiteit beoogt de voortplanting van de soort dus evenmin als ‘de ogen gemaakt zijn om te zien of de tanden om te kauwen’, schrijft Spinoza in de Ethica. Er is voortplanting omdat er seksualiteit is, niet omgekeerd. Wat menselijk is, is dus niet tegennatuurlijk. Spinoza geeft ook psychologische inzichten: sympathie en antipathie bij partnerkeuze voel je door herinneringen en associaties waarvan je je niet altijd bewust bent.
Toch benadrukt Spinoza de noodzaak van maatschappelijke regels om vreedzaam samen te leven. Hij is geen cynicus of ethisch nihilist voor wie elke burger om het even wat mag doen. Integendeel, hij houdt er een duidelijke ethica op na: leven in vrijheid volgens de rede. Alle burgers moeten ook wetten en regels naleven. Maar de Staat heeft er belang bij geen wetten uit te vaardigen die onuitvoerbaar of niet-naleefbaar zijn. Dat is met zo’n anti-homowet wel het geval.
En er is meer aan de hand met zo’n wetgeving. Aanzetten tot geweld tegen medeburgers is politiek verwerpelijk, want het brengt vrede en veiligheid in het gedrang. En wie in naam van God aanzet tot haat en geweld beoefent volgens Spinoza het tegenovergestelde van de christelijke naastenliefde. Zo iemand heeft niets van vroomheid begrepen. Wie het toekomstige leed van de ‘zondige’ mens in een eeuwig brandend hiernamaals toejuicht, kan alleen vervuld zijn van haat, en onmogelijk een dieper inzicht hebben in God. Wie moraliseert, dweept daarbij met een morele zuiverheid die hij vaak zelf niet bezit. Zo iemand wordt gedreven door een aantal ‘droeve’ passies: door angst, misprijzen, wreedheid, woede of schaamte. Wijsheid, daarentegen, ‘vereist ieder te nemen zoals hij is’. ‘Wie beseft dat alles uit de noodwendigheid van de goddelijke aard voortvloeit en volgens de eeuwige regels en wetten van de natuur plaatsgrijpt, zal zeker niets vinden dat haat, spot of minachting verdient’, noteert Spinoza nog in de Ethica. Wijs zijn is ‘het goede doen en blij zijn’.
Op die manier verweeft Spinoza zijn politieke analyse met een visie op God, de mens, de rede en passies. Hoe mensen denken en hoe ze met hun passies omgaan, bepaalt de samenleving, de wereld waarin ze leven. De haastige referentie aan fundamentele mensenrechten en de houding van boze Westerlingen maken dan ook weinig indruk op cynici of op fanatici die redeneren binnen een strak theologisch denkkader.”
Deze column verscheen in De Standaard op 3 maart, als column.
De Ethica van Spinoza is een moeilijk leesbaar werk. Daarom lees ik het in drie sessies voor geïnteresseerden, in Antwerpen, in mei en juni. Lees hier de informatie over het filosofiehuis Het Zoekend Hert.
In mijn boek, Door Spinoza’s Lens, behandel ik Spinoza’s visie op seksualiteit uitgebreider in één hoofdstuk: over liefde, passionele relaties, obsessies en ascese…. En ik herneem Spinoza’s politieke filosofie en de actualiteit ervan vandaag, in een hoofdstuk over vrijheid van debat (hoofdstuk één), en over revolte (hoofdstuk twee).